Mijn hoofd had het overgenomen van mijn gevoel. Het denken had een bepaalde aantrekkingskracht. Analytisch te werk gaan, onderzoeken, verklaren, onderbouwen, verdedigen. Het voelde sterk, er werd een beroep gedaan op kwaliteiten die daarvoor stil hadden gelegen.

Ik was een harde, snelle werker. Mij kon je wel een klus toevertrouwen. Gestructureerd en gedisciplineerd bleef ik binnen elke deadline. Goed was nooit goed genoeg en het tempo dat ik mezelf en mijn omgeving oplegde was hoog. Totdat ik alles rennend deed, zelfs dingen als eten, de hond uitlaten, fietsen. Na een lange dag ging ik even snel slapen.

Het gehaaste geluid van mijn hakjes op de vloer galmt nog door in mijn hoofd. Mijn adem gaat onmiddellijk hoog zitten.

Zo schrijvende voel ik de adrenaline weer door mijn lijf gieren. Niet de adrenaline van lekker bezig. Nee, de adrenaline van stress. Ik maakte de fout dit gevoel te verwarren met een gevoel van eigenwaarde. Als ik me zo voelde had ik succes toch wel verdiend. Des te frustrerender dat ik desondanks iedere keer net de boot miste.

Nu denk ik, dat ik blind en doof was voor de signalen die het leven mij stuurde om me wakker te schudden.

Hoe meer tegenslagen, hoe harder ik ging werken. Iedere vakantie begon met een week vol tranen en een enorme vermoeidheid. Zo wil ik niet oud wil worden werd een standaardkreet om vervolgens de eerste dag na de vakantie door te gaan met waar ik gebleven was.

Ik had ergens de verkeerde afslag genomen. Van een fijne manier om me door te ontwikkelen begon ik aan een hunkerende marathon voor erkenning. Een hele oude en onvervulde behoefte om waardering te ontvangen. De stroom waar ik in terecht was gekomen was slopend en vreselijk vertrouwd.

Het verlangen om gezien te worden maakte mij onontvankelijk voor datgene wat ik werkelijk nodig had. Rust en verbinding. Verbinding met mijn hart, mijn verlangens, mijn omgeving. Weg van veel buitenkant, toe naar binnenkant. Mijn intuïtie waarschuwde mij keer op keer voor het nemen van een volgende ongezonde stap. Het gilde door mijn hele zijn. Ik droomde heel naar, mijn lijf protesteerde van kwaad tot erger. Door de toenemende vermoeidheid snapte ik er steeds minder van. Mijn wereld stortte uiteindelijk in toen ik mijn baan kwijt raakte en tegelijk de plek waar ik 18 jaar deel van had uitgemaakt. Ik was op, uitgebrand, leeg.

In de tijd daarna was ik moe, moe, moe. Ik sliep 3-4 keer op een dag, afgewisseld met een lange wandeling met de hond door de natuur.

Waar ik eerst alles rennend deed kon ik nu alleen nog maar heel langzaam. Ik moest in de vertraging om te overleven.

Dit was het dieptepunt en tegelijkertijd het begin van mijn herstel. Het keerpunt om mijn leven en mijn keuzes te overdenken. Achteraf gezien het beste wat mij kon overkomen. Ik begon weer vooraan en had al snel door dat ik nu de kans had mij te bezinnen op wie ik in het diepste van mijn hart ben. Alle buitenkant was weggevallen, de kern lag bloot.

Een paar jaar verder gaat het oprecht goed met mij. Ik doe dingen die mijn leven betekenis geven. Werken kost geen energie, ik krijg er energie van. Ik kom mezelf nog steeds af en toe tegen, maar ik luister naar mijn intuïtie. Een kompas waar ik feilloos op kan vertrouwen. Door te reflecteren, alleen of met steun van anderen, maak ik gezondere keuzes. Ik ben milder naar mezelf toe en geniet van elk klein cadeautje op mijn pad. Dit is wat ik wil, nodig heb, waar ik gelukkig van wordt.

Mijn honden laat ik nooit meer rennend uit. Zij hebben een hele andere plek in mijn leven ingenomen. Mijn maatjes, mijn collega’s, mijn spiegel. Mijn grote leermeesters. Ik ben in verbinding met mezelf en met het leven!

Herkenbaar en ben je op zoek naar passende begeleiding? Misschien is dit interessant voor je:

Overspannen of burn out